Hallo,
Vandaag gaat mijn post over een praktijkervaring. Ik heb bij mijn stage geweest waar we werken met Kaleidoscoop (een VVE programma). De locatie is de schaepskooi kersenlaan. Ik wil graag meer weten over Kaleidoscoop in het algemeen.
Ik ben dan ook op 7 juni bij een ouderavond op stage geweest waar een gastpreker een 20 minuten 'workshop' gaf over Kaleidoscoop. Dit was ook voor de ouders bedoeld. Zij vertelde over de uitgangspunten van Kaleidoscoop. Bijvoorbeeld dat interactie, observatie en kosteloos materiaal een grote rol spelen binnen Kaleidoscoop.
Ik heb geen foto's gemaakt wegens privacy redenen.
Zelf had ik ook een poster gemaakt over Kaleidoscoop voor bij ons op de groep. Hierop staat ook alle informatie die je nodig hebt.
De slogan die ik erbij had bedacht: zie de wereld door een bril van Kaleidoscoop.
Ook zijn we met onze samenwerkingsopdracht naar mijn stage geweest. Ons VVE programma was Kaleidoscoop. Wij wilde dit graag in de praktijk zien en kijken hoe het werkt. Ik heb op stage nagevraagd of we hierheen konden om met een groep kinderen te speelwerken met kosteloos materiaal. Dit vonden ze leuk. Ik heb gevraagd met welke materiaal de kinderen het vaak leuk vinden op te spelen. Dit waren de schelpen en de wasknijpers.
We gingen dus eerst vooruitkijken. De kinderen mogen dan kiezen tussen verschillende dingen die ze willen doen bij het speelwerken. Iedereen koos op dit moment voor de schelpen. We hebben ze hun gang laten gaan, omdat zelf keuzes maken ook bij Kaleidoscoop hoort.
We hebben hier ook een filmpje van gemaakt. Deze zullen wij laten zien tijdens de presentatie van onze samenwerkingsopdracht.
Als je naar de site van de schaepskooi gaat (www.deschaepskooi.nl) vind je ook een stukje over Kaleidoscoop, over wat het inhoud en wat de schaepskooi ermee doet.
dinsdag 27 juni 2017
woensdag 21 juni 2017
opdracht 9: geef feedback
Hallo,
Ik heb voor deze opdracht feedback gegeven op het voorstel bericht van Lynn. Dit is opdracht 1. Ik heb dit gedaan bij de reacties.
De blog heet: VVE Lynn van Dinther
Ik heb voor deze opdracht feedback gegeven op het voorstel bericht van Lynn. Dit is opdracht 1. Ik heb dit gedaan bij de reacties.
De blog heet: VVE Lynn van Dinther
Opdracht 7: artikel
Hallo,
Ik heb vandaag een artikel gelezen over de kinderopvang. Dit artikel komt van NU.nl en is geplaatst op 2 december 2016.
Dit artikel gaat over dat de kinderopvang veiliger en beter is geworden.
De afgelopen 5 jaar zijn de kinderdagverblijven beter en veiliger geworden. Dit zegt PriceWaterhouseCoopers. Ze hebben de aanbevelingen geëvalueerd met Commisie-Gunning in opdracht van het ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid. De inspectie van onderwijs heeft vastgesteld dat bijna alle kinderdagverblijven zijn bezocht. 3 kwart van de dagverblijven voldoen aan alle regels.
Om de kinderdagverblijven veiliger te maken zijn de volgende regels ingevoerd:
- Iedere leidsters moet een Verklaring Omtrent Goed Gedrag (VOG) hebben.
- Alle vaste medewerkers worden vast gescreend op strafbare feiten of vermoedens van mishandeling of geweld.
- het vierogen principe. Via deze manier zijn er altijd 2 mensen op de groep en worden de leidsters altijd gehoord.
- er komt ook een vergelijkingssite van de GGD, hierop kunnen de ouders dan zien hoe hun kinderdagverblijf scoort in tegenstelling tot andere. In 2017 zou er een pilot komen van deze site.
Mijn mening
Ik vind het fijn om dit artikel te lezen. Zo kunnen andere ook lezen dat de kinderopvang vooruit gaat en dat het dus echt veiliger wordt. Er staan ook punten in die vertellen wat er dan is veranderd waardoor het veiliger is geworden. Hierdoor wordt het standpunt ook duidelijker.
http://www.nu.nl/werk-en-prive/4359376/kinderopvang-beter-en-veiliger-geworden.html
Ik heb vandaag een artikel gelezen over de kinderopvang. Dit artikel komt van NU.nl en is geplaatst op 2 december 2016.
Dit artikel gaat over dat de kinderopvang veiliger en beter is geworden.
De afgelopen 5 jaar zijn de kinderdagverblijven beter en veiliger geworden. Dit zegt PriceWaterhouseCoopers. Ze hebben de aanbevelingen geëvalueerd met Commisie-Gunning in opdracht van het ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid. De inspectie van onderwijs heeft vastgesteld dat bijna alle kinderdagverblijven zijn bezocht. 3 kwart van de dagverblijven voldoen aan alle regels.
Om de kinderdagverblijven veiliger te maken zijn de volgende regels ingevoerd:
- Iedere leidsters moet een Verklaring Omtrent Goed Gedrag (VOG) hebben.
- Alle vaste medewerkers worden vast gescreend op strafbare feiten of vermoedens van mishandeling of geweld.
- het vierogen principe. Via deze manier zijn er altijd 2 mensen op de groep en worden de leidsters altijd gehoord.
- er komt ook een vergelijkingssite van de GGD, hierop kunnen de ouders dan zien hoe hun kinderdagverblijf scoort in tegenstelling tot andere. In 2017 zou er een pilot komen van deze site.
Mijn mening
Ik vind het fijn om dit artikel te lezen. Zo kunnen andere ook lezen dat de kinderopvang vooruit gaat en dat het dus echt veiliger wordt. Er staan ook punten in die vertellen wat er dan is veranderd waardoor het veiliger is geworden. Hierdoor wordt het standpunt ook duidelijker.
http://www.nu.nl/werk-en-prive/4359376/kinderopvang-beter-en-veiliger-geworden.html
opdracht 8: vraag feedback
Hallo,
Ik heb voor deze opdracht feedback gevraagd aan Lynn. Zij heeft feedback gegeven bij de reacties van opdracht 4: samenvatting verdiepingsonderzoek.
Ik had gevraagd of ze feedback wilde geven op de vragen die ik had onderzocht.
woensdag 7 juni 2017
Opdracht 6: documentaire
Hallo,
Ik heb vandaag weer een nieuwe post. Deze keer heb ik een documentaire gekeken die iets te maken heeft met Kinderdagverblijven. De documentaire was van slag om Nederland: Handel in Kinderopvang
Samenvatting:
Deze uitzending van de slag om Nederland ging over een grote Amerikaanse investeerder die met miljoenen 500 kinderdagverblijven in Nederland heeft overgenomen.
Het werd geformuleerd als: kinderopvang in de handen gevallen van sprinkhaan kapitalist. Dit is een Amerikaans bedrijf, dat 500 miljoen euro neerlegde voor 500 kinderdagverblijven. Dit is dus 1 miljoen euro per kinderdagverblijf. De investeerder gebruikte maar 45 miljoen eigen geld en de rest was allemaal geleend. Deze schuld kwam dus terecht bij de kinderdagverblijven.
In gesprek met een kinderdagverblijf die de aanbieden heeft afgeslagen:
In de documentaire zijn er verschillende partijen waarmee er wordt gesproken, een hiervan is een kinderdagverblijf die een aanbod heeft gekregen dat ze het bedrijf voor 1 miljoen wilde overnemen. Ze zouden dus zelf niet meer de eigenaar zijn van het kinderdagverblijf. Ze hebben dit aanbod afgeslagen omdat er anders heel veel schulden zouden komen voor het kinderdagverblijf. Het zou ook niet tegoeden zijn voor de kwaliteit van het dagverblijf. Omdat er dan zoveel schulden zijn kunnen er niet genoeg leidster worden ingezet. Dit is niet goed voor de kinderen. Ze vonden het aanbod van 1 miljoen euro ook een beetje vreemd.
In gesprek met een leidster van een overgenomen BSO:
Het werkveld is er op achteruit gegaan. Er zijn veel schulden en niet genoeg krachten op de groep.
Er was 1 keer een kindje vergeten op het schoolplein. Deze was van de lijst gehaald terwijl hij nog wel op de lijst moest staan. Dit wordt nu niet meer goed bijgehouden. Wij zijn bang voor de veiligheid van de kinderen. De laatste met de kind aantallen worden de laatste tijd helemaal niet meer goed bijgehouden.
Op 1 middag staat er ook 1 invalkracht met 19 kinderen. Dit mag niet. Voor de veiligheid van de kinderen is dit niet goed en voor de invalkracht zelf is dit ook niet prettig werken.
In gesprek met de directeur die achter de kinderdagverblijven zit en dus zijn overgenomen door het Amerikaanse bedrijf:
Ten eerste er worden nooit kinderen vergeten. Dit wordt niet toegestaan. Het kan soms minder lekker lopen maar dat is op ieder kinderdagverblijf. Ook staan er nooit te weinig mensen. Ik zou graag willen weten van welke vestiging dit komt? Dit is niet de bedoeling. Wij vinden ook dat een kinderdagverblijf winst moet maken. En dit gaat dan soms ten koste van de werknemer.
De gedachte achter de overname is groei van de kinderdagverblijf, daarna de verkoop en dan rendement halen.
Deze deal werd in 2010 uitgeroepen tot de beste deal van 2010.
Conclusie:
De overname was een enorme luchtbel, met miljoenen verlies. De schulden zijn erg hoog geworden voor de kinderdagverblijven. Ook gaat het ten koste van de kwaliteit op de kinderdagverblijven.
Voor de werknemers gaat het alleen maar om de kinderen en om de veiligheid.
Mijn Mening:
Ik vond deze documentaire wel interessant om te kijken. Vooral het gesprek met de directeur vond in interessant. Ze deed een beetje alsof ze van niks wist en dat alles gewoon soepel en fijn verliep. Als je de andere hoorde praten kreeg je toch een ander idee dan wat de directeur vertelde.
Ik zou deze documentaire aanraden aan mensen die meer willen weten over verschillende soorten overnames die er zijn in het bedrijfsleven. Als je het interessant vind als wilt weten hoe iets na een overname gaat.
Ik zou deze niet aanraden als je wilt weten hoe een Kinderdagverblijf werkt.
Tot de volgende keer!
Ik heb vandaag weer een nieuwe post. Deze keer heb ik een documentaire gekeken die iets te maken heeft met Kinderdagverblijven. De documentaire was van slag om Nederland: Handel in Kinderopvang
Samenvatting:
Deze uitzending van de slag om Nederland ging over een grote Amerikaanse investeerder die met miljoenen 500 kinderdagverblijven in Nederland heeft overgenomen.
Het werd geformuleerd als: kinderopvang in de handen gevallen van sprinkhaan kapitalist. Dit is een Amerikaans bedrijf, dat 500 miljoen euro neerlegde voor 500 kinderdagverblijven. Dit is dus 1 miljoen euro per kinderdagverblijf. De investeerder gebruikte maar 45 miljoen eigen geld en de rest was allemaal geleend. Deze schuld kwam dus terecht bij de kinderdagverblijven.
In gesprek met een kinderdagverblijf die de aanbieden heeft afgeslagen:
In de documentaire zijn er verschillende partijen waarmee er wordt gesproken, een hiervan is een kinderdagverblijf die een aanbod heeft gekregen dat ze het bedrijf voor 1 miljoen wilde overnemen. Ze zouden dus zelf niet meer de eigenaar zijn van het kinderdagverblijf. Ze hebben dit aanbod afgeslagen omdat er anders heel veel schulden zouden komen voor het kinderdagverblijf. Het zou ook niet tegoeden zijn voor de kwaliteit van het dagverblijf. Omdat er dan zoveel schulden zijn kunnen er niet genoeg leidster worden ingezet. Dit is niet goed voor de kinderen. Ze vonden het aanbod van 1 miljoen euro ook een beetje vreemd.
In gesprek met een leidster van een overgenomen BSO:
Het werkveld is er op achteruit gegaan. Er zijn veel schulden en niet genoeg krachten op de groep.
Er was 1 keer een kindje vergeten op het schoolplein. Deze was van de lijst gehaald terwijl hij nog wel op de lijst moest staan. Dit wordt nu niet meer goed bijgehouden. Wij zijn bang voor de veiligheid van de kinderen. De laatste met de kind aantallen worden de laatste tijd helemaal niet meer goed bijgehouden.
Op 1 middag staat er ook 1 invalkracht met 19 kinderen. Dit mag niet. Voor de veiligheid van de kinderen is dit niet goed en voor de invalkracht zelf is dit ook niet prettig werken.
In gesprek met de directeur die achter de kinderdagverblijven zit en dus zijn overgenomen door het Amerikaanse bedrijf:
Ten eerste er worden nooit kinderen vergeten. Dit wordt niet toegestaan. Het kan soms minder lekker lopen maar dat is op ieder kinderdagverblijf. Ook staan er nooit te weinig mensen. Ik zou graag willen weten van welke vestiging dit komt? Dit is niet de bedoeling. Wij vinden ook dat een kinderdagverblijf winst moet maken. En dit gaat dan soms ten koste van de werknemer.
De gedachte achter de overname is groei van de kinderdagverblijf, daarna de verkoop en dan rendement halen.
Deze deal werd in 2010 uitgeroepen tot de beste deal van 2010.
Conclusie:
De overname was een enorme luchtbel, met miljoenen verlies. De schulden zijn erg hoog geworden voor de kinderdagverblijven. Ook gaat het ten koste van de kwaliteit op de kinderdagverblijven.
Voor de werknemers gaat het alleen maar om de kinderen en om de veiligheid.
Mijn Mening:
Ik vond deze documentaire wel interessant om te kijken. Vooral het gesprek met de directeur vond in interessant. Ze deed een beetje alsof ze van niks wist en dat alles gewoon soepel en fijn verliep. Als je de andere hoorde praten kreeg je toch een ander idee dan wat de directeur vertelde.
Ik zou deze documentaire aanraden aan mensen die meer willen weten over verschillende soorten overnames die er zijn in het bedrijfsleven. Als je het interessant vind als wilt weten hoe iets na een overname gaat.
Ik zou deze niet aanraden als je wilt weten hoe een Kinderdagverblijf werkt.
Tot de volgende keer!
woensdag 31 mei 2017
Opdracht 4: samenvatting verdiepingsonderzoek
Hallo,
Vandaag ga ik verder in op de punten die ik heb gemist tijdens de opleiding. Ik ga 4 punten hier verder uitwerken. Hierover wil ik meer weten en ik hoop dat jullie ook iets hebben aan de informatie.
1. Hoe kan ik het beste omgaan met kinderen die moeilijk/ bijzonder gedrag vertonen en hoe VVE hierbij zou kunnen helpen.
De huidige VVE programma's zijn niet ingericht en bedoeld voor kinderen met ernstige gedragsstoornissen. De Pedagogisch Medewerkers die met VVE werken zijn hier ook niet voor opgeleid. VVE is prima om kinderen met uiteenlopende behoeftes op te vangen en te bieden wat zij nodig hebben. De Pedagogisch Medewerkers zijn hier ook goed toe in staat. Alleen het aantal kinderen met ernstige gedragsproblemen neemt steeds meer toe op de groepen. Geert Driessen onderzoeker ITS Radboud universiteit pleit voor hogere kwaliteit in VVE door extra scholing, ondersteuning van interne begeleider door een HBO'er op de groep te nemen. Een andere selectie van doelgroep kinderen en een passend VVE.
- Passend VVE wil zeggen: er moet gekeken worden naar de gehele ontwikkeling van een kind en niet alleen naar opleidingsniveau en de taalontwikkeling en taalstimulatie van de ouders. Door te kijken naar de hele ontwikkeling kan een VVE programma worden aangepast voor de specifieke kinderen.
Omdat ieder kind anders is, is het bij iedereen ook anders om er mee om te gaan. Er zijn wel bepaalde richtlijnen. Deze hebben alleen niks met VVE te maken.
stap 1: het analyseren van het gedrag van het kind. Je moet goed objectief kijken en alleen maar registreren wat je ziet.
stap 2: nu je het gedrag hebt gezien kun je jezelf de vraag stellen: waar komt dit gedrag vandaan? Als je hier goed antwoord op kunt geven is het al makkelijker om het gedrag een plek te geven
stap 3: je gaat nu naar het gevolg van het gedrag kijken. Bijvoorbeeld een kindje doet een ander kindje bewust pijn. Dit gebeurt binnen een half uur 4 keer. Je gaat dan kijken naar hoe de andere kinderen hierop reageren.
Zorg ook vooral dat je wel goed let op wanneer het kind wel goed gedrag vertoont. Doet het kindje bijvoorbeeld buiten wel goed en binnen minder goed. Zeg dan ook en schrijf op dat het kind het buiten wel goed doet.
Als laatste kun je samen een goede oplossing zoeken. Dit kun je doen met ouders/ verzorgers en het kind zelf. Je stelt grenzen en regels op. Een kindje wat bijvoorbeeld moeite heeft met structuur kun je een vaste plaats aan tafel geven en een vaste plaats op de bank. Dit geeft voor zo'n kindje ook weer meer rust.
2. technieken/ verschillende manieren om leiding te nemen over een groep/ mensen aansturen
verschillende tips die je kunt gebruiken voor het leidinggeven:
- praat met de medewerkers --> praat regelmatig over hoe het gaat, waar ze tegen aanlopen en wat er juist goed gaat. Zo kun je goed leidinggeven omdat je weet hoe mensen zich voelen en hoe ze in hun vel zitten.
- zorg dat je duidelijk en eerlijk communiceert --> laat goed weten hoe alles gaat en wat jij allemaal aan het doen bent. Wees eerlijk over het functioneren van de mensen.
- wees nieuwsgierig naar mensen --> als je goed wilt leidinggeven moet je weten wat er afspeelt op de werkvloer. Vraag bij mensen na wat er gebeurt of als er een discussie is. Het is handig als jij hiervan op de hoogte bent. Het is voor de medewerkers ook fijn als ze een goed gevoel hebben bij de leidinggevende
Gesprekstechnieken die je moet hebben als leidinggevende
- actief luisteren --> door dit als leidinggevende te doen stel je dus veel vragen en op deze manier komen werknemers zelf al vaak tot een deel van de oplossing. Je kunt ze dan altijd nog verder op weg helpen. Voor degene die hun verhaal bij jou komen doen is het ook prettig als je een luisterende houding hebt.
- feedback geven --> als leidinggevende is het belangrijk dat je feedback durft te geven. Dit hoeft natuurlijk niet altijd negatief te zijn. Je kunt tips en tops samen verwerken. Hierdoor weet de medewerker ook waar hij aan toe is.
- spreken in het openbaar --> het is belangrijk om dit goed te kunnen. Voor als er een presentatie gegeven moet worden. Dit is vaak de taak voor een leidinggevende dan.
3. Meer informatie over het KIJK! programma
KIJK! is een programma om de ontwikkeling van kinderen in kaart te brengen. Doormiddel hiervan kunnen ze dan ontwikkelingsgerichte activiteiten aanbieden.
Het KIJK! is een observatie- en registratie programma. Dit is niet alleen voor kinderdagverblijven maar ook voor basisscholen t/m groep 3. Hiermee kunnen ze al van jongs af aan de ontwikkeling van een kind volgen. Deze gegevens kunnen doorgestuurd worden en zo kunnen andere leidsters en leerkrachten de activiteiten passend maken.
Bij KIJK! horen verschillende observatielijsten:
- betrokkenheid
- basiskenmerken globaal
- basiskenmerken - vrij van emot. belemmering
- basiskenmerken - nieuwsgierig en ondernemend zijn
- basiskenmerken - zelfvertrouwen hebben
- risicofactoren
- taakgerichtheid en zelfstandigheid
- signalen vroegonderkenning dyslexie
- signalen ontwikkelingsvoorsprong
- NT2-lijsten
4. EHBO bij kinderen
Ik ga een aantal verschillende EHBO punten bespreken, zodat ik daar meer van leer en jullie misschien ook.
- brandwonden --> hou het lichaamsdeel dat is verbrand ongeveer een kwartier onder lauw stromend water. Als je koud water gaat gebruiken bij de romp of het hoofd is dit niet verstandig. Zo kan er een koude shock bestaan. Is er een groot deel van de huid van het kind verbrand, ga dan direct naar het ziekenhuis. Zo is er het minste kans op infecties. Is er minder van 10% van de huid verbrand door een eerstegraads brandwond, dan kun je de brandwond zelf behandelen. Je kunt er dan na het water, een verzachtend gel op smeren.
- snij- en schaafwonden --> je kunt een kleine snij/schaaf wond zelf behandelen. Zorg eerst dat de wond goed schoon is gemaakt dat er geen bacteriën meer inzitten. Gebruik daarna desinfecteermiddel zodat er geen infecties meer kunnen ontstaan. Dek de wond daarna goed af zodat er ook geen vuil meer in kan komen.
Bij een grote snij/schaaf wond waar veel bloed uitkomt is het belangrijk dat je meteen naar een dokter gaat. Je moet deze wond juist niet schoonmaken, hierdoor krijg je juist kans dat de wond een infectie krijgt. Probeer de wond zo goed mogelijk af te dekken doormiddel van drukverband of een ander schoon materiaal.
- voorwerpen inslikken --> is het voorwerp langer dan 5 cm, is het een scherp voorwerp, is het een batterij of een magneet of zijn het medicijnen of sigaretten dan ga je meteen naar de huisarts. Zijn het geen van de bovenstaande dingen dat moet je je kind goed in de gate houden, vaak komt het voorwerp er dan met de ontlasting weer uit. Krijgt het kind toch pijn of koorts of wordt het benauwd dan kun je het beste alsnog naar de huisarts gaan.
- splinter --> om een splinter te verwijderen moet je een paar dingen doen: maar eerste de plek om de splinter goed schoon en laat het wondje 10 minuten weken in warm water. Als je de splinter er zelf uit kunt trekken met een pincet moet je de pincet eerste goed ontsmetten. Trek dan de splinter er in dezelfde richting uit zoals deze erin is gegaan. Als de splinter eruit is is het verstandig om de wond nog een keer goed schoon te maken.
Wanneer moet je naar de dokter met een splinter?
- als het kindje een glassplinter heeft
- als de splinter echt te diep in de huid zit waardoor deze er niet uit wil komen
- als je merkt dat het kindje veel pijn heeft als je de splinter er uit wil halen
- als je na een aantal dagen de splinter nog niet onder de huid wegkrijgt
- als de plek om de splinterwond rood en opgezwollen wordt
- als het kindje een splinter in zijn oog heeft
- voorwerp in de neus --> als je merkt bij een kindje dat hij/zij een voorwerp in de neus heeft zitten ga dan vooral niet zelf proberen deze eruit te halen met een pincet. Als je dit wel probeert dan heb je kans dat je het voorwerp alleen maar verder duwt of dat je de neus van binnen beschadigt. Je kunt wel aan het kind vragen of het kan snuiten. Als je dit vraagt moet je wel echt zeker weten dat het kind snapt wat snuiten is. Denk je dat je kind hier nog te jong voor is dan is het verstandig om contact op te nemen met de huisarts.
Vandaag ga ik verder in op de punten die ik heb gemist tijdens de opleiding. Ik ga 4 punten hier verder uitwerken. Hierover wil ik meer weten en ik hoop dat jullie ook iets hebben aan de informatie.
1. Hoe kan ik het beste omgaan met kinderen die moeilijk/ bijzonder gedrag vertonen en hoe VVE hierbij zou kunnen helpen.
De huidige VVE programma's zijn niet ingericht en bedoeld voor kinderen met ernstige gedragsstoornissen. De Pedagogisch Medewerkers die met VVE werken zijn hier ook niet voor opgeleid. VVE is prima om kinderen met uiteenlopende behoeftes op te vangen en te bieden wat zij nodig hebben. De Pedagogisch Medewerkers zijn hier ook goed toe in staat. Alleen het aantal kinderen met ernstige gedragsproblemen neemt steeds meer toe op de groepen. Geert Driessen onderzoeker ITS Radboud universiteit pleit voor hogere kwaliteit in VVE door extra scholing, ondersteuning van interne begeleider door een HBO'er op de groep te nemen. Een andere selectie van doelgroep kinderen en een passend VVE.
- Passend VVE wil zeggen: er moet gekeken worden naar de gehele ontwikkeling van een kind en niet alleen naar opleidingsniveau en de taalontwikkeling en taalstimulatie van de ouders. Door te kijken naar de hele ontwikkeling kan een VVE programma worden aangepast voor de specifieke kinderen.
Omdat ieder kind anders is, is het bij iedereen ook anders om er mee om te gaan. Er zijn wel bepaalde richtlijnen. Deze hebben alleen niks met VVE te maken.
stap 1: het analyseren van het gedrag van het kind. Je moet goed objectief kijken en alleen maar registreren wat je ziet.
stap 2: nu je het gedrag hebt gezien kun je jezelf de vraag stellen: waar komt dit gedrag vandaan? Als je hier goed antwoord op kunt geven is het al makkelijker om het gedrag een plek te geven
stap 3: je gaat nu naar het gevolg van het gedrag kijken. Bijvoorbeeld een kindje doet een ander kindje bewust pijn. Dit gebeurt binnen een half uur 4 keer. Je gaat dan kijken naar hoe de andere kinderen hierop reageren.
Zorg ook vooral dat je wel goed let op wanneer het kind wel goed gedrag vertoont. Doet het kindje bijvoorbeeld buiten wel goed en binnen minder goed. Zeg dan ook en schrijf op dat het kind het buiten wel goed doet.
Als laatste kun je samen een goede oplossing zoeken. Dit kun je doen met ouders/ verzorgers en het kind zelf. Je stelt grenzen en regels op. Een kindje wat bijvoorbeeld moeite heeft met structuur kun je een vaste plaats aan tafel geven en een vaste plaats op de bank. Dit geeft voor zo'n kindje ook weer meer rust.
2. technieken/ verschillende manieren om leiding te nemen over een groep/ mensen aansturen
verschillende tips die je kunt gebruiken voor het leidinggeven:
- praat met de medewerkers --> praat regelmatig over hoe het gaat, waar ze tegen aanlopen en wat er juist goed gaat. Zo kun je goed leidinggeven omdat je weet hoe mensen zich voelen en hoe ze in hun vel zitten.
- zorg dat je duidelijk en eerlijk communiceert --> laat goed weten hoe alles gaat en wat jij allemaal aan het doen bent. Wees eerlijk over het functioneren van de mensen.
- wees nieuwsgierig naar mensen --> als je goed wilt leidinggeven moet je weten wat er afspeelt op de werkvloer. Vraag bij mensen na wat er gebeurt of als er een discussie is. Het is handig als jij hiervan op de hoogte bent. Het is voor de medewerkers ook fijn als ze een goed gevoel hebben bij de leidinggevende
Gesprekstechnieken die je moet hebben als leidinggevende
- actief luisteren --> door dit als leidinggevende te doen stel je dus veel vragen en op deze manier komen werknemers zelf al vaak tot een deel van de oplossing. Je kunt ze dan altijd nog verder op weg helpen. Voor degene die hun verhaal bij jou komen doen is het ook prettig als je een luisterende houding hebt.
- feedback geven --> als leidinggevende is het belangrijk dat je feedback durft te geven. Dit hoeft natuurlijk niet altijd negatief te zijn. Je kunt tips en tops samen verwerken. Hierdoor weet de medewerker ook waar hij aan toe is.
- spreken in het openbaar --> het is belangrijk om dit goed te kunnen. Voor als er een presentatie gegeven moet worden. Dit is vaak de taak voor een leidinggevende dan.
3. Meer informatie over het KIJK! programma
KIJK! is een programma om de ontwikkeling van kinderen in kaart te brengen. Doormiddel hiervan kunnen ze dan ontwikkelingsgerichte activiteiten aanbieden.
Het KIJK! is een observatie- en registratie programma. Dit is niet alleen voor kinderdagverblijven maar ook voor basisscholen t/m groep 3. Hiermee kunnen ze al van jongs af aan de ontwikkeling van een kind volgen. Deze gegevens kunnen doorgestuurd worden en zo kunnen andere leidsters en leerkrachten de activiteiten passend maken.
Bij KIJK! horen verschillende observatielijsten:
- betrokkenheid
- basiskenmerken globaal
- basiskenmerken - vrij van emot. belemmering
- basiskenmerken - nieuwsgierig en ondernemend zijn
- basiskenmerken - zelfvertrouwen hebben
- risicofactoren
- taakgerichtheid en zelfstandigheid
- signalen vroegonderkenning dyslexie
- signalen ontwikkelingsvoorsprong
- NT2-lijsten
4. EHBO bij kinderen
Ik ga een aantal verschillende EHBO punten bespreken, zodat ik daar meer van leer en jullie misschien ook.
- brandwonden --> hou het lichaamsdeel dat is verbrand ongeveer een kwartier onder lauw stromend water. Als je koud water gaat gebruiken bij de romp of het hoofd is dit niet verstandig. Zo kan er een koude shock bestaan. Is er een groot deel van de huid van het kind verbrand, ga dan direct naar het ziekenhuis. Zo is er het minste kans op infecties. Is er minder van 10% van de huid verbrand door een eerstegraads brandwond, dan kun je de brandwond zelf behandelen. Je kunt er dan na het water, een verzachtend gel op smeren.
- snij- en schaafwonden --> je kunt een kleine snij/schaaf wond zelf behandelen. Zorg eerst dat de wond goed schoon is gemaakt dat er geen bacteriën meer inzitten. Gebruik daarna desinfecteermiddel zodat er geen infecties meer kunnen ontstaan. Dek de wond daarna goed af zodat er ook geen vuil meer in kan komen.
Bij een grote snij/schaaf wond waar veel bloed uitkomt is het belangrijk dat je meteen naar een dokter gaat. Je moet deze wond juist niet schoonmaken, hierdoor krijg je juist kans dat de wond een infectie krijgt. Probeer de wond zo goed mogelijk af te dekken doormiddel van drukverband of een ander schoon materiaal.
- voorwerpen inslikken --> is het voorwerp langer dan 5 cm, is het een scherp voorwerp, is het een batterij of een magneet of zijn het medicijnen of sigaretten dan ga je meteen naar de huisarts. Zijn het geen van de bovenstaande dingen dat moet je je kind goed in de gate houden, vaak komt het voorwerp er dan met de ontlasting weer uit. Krijgt het kind toch pijn of koorts of wordt het benauwd dan kun je het beste alsnog naar de huisarts gaan.
- splinter --> om een splinter te verwijderen moet je een paar dingen doen: maar eerste de plek om de splinter goed schoon en laat het wondje 10 minuten weken in warm water. Als je de splinter er zelf uit kunt trekken met een pincet moet je de pincet eerste goed ontsmetten. Trek dan de splinter er in dezelfde richting uit zoals deze erin is gegaan. Als de splinter eruit is is het verstandig om de wond nog een keer goed schoon te maken.
Wanneer moet je naar de dokter met een splinter?
- als het kindje een glassplinter heeft
- als de splinter echt te diep in de huid zit waardoor deze er niet uit wil komen
- als je merkt dat het kindje veel pijn heeft als je de splinter er uit wil halen
- als je na een aantal dagen de splinter nog niet onder de huid wegkrijgt
- als de plek om de splinterwond rood en opgezwollen wordt
- als het kindje een splinter in zijn oog heeft
- voorwerp in de neus --> als je merkt bij een kindje dat hij/zij een voorwerp in de neus heeft zitten ga dan vooral niet zelf proberen deze eruit te halen met een pincet. Als je dit wel probeert dan heb je kans dat je het voorwerp alleen maar verder duwt of dat je de neus van binnen beschadigt. Je kunt wel aan het kind vragen of het kan snuiten. Als je dit vraagt moet je wel echt zeker weten dat het kind snapt wat snuiten is. Denk je dat je kind hier nog te jong voor is dan is het verstandig om contact op te nemen met de huisarts.
woensdag 17 mei 2017
Opdracht 3: onderwerpen
Hallo,
Ik ga vandaag wat punten opsommen die ik heb gemist tijdens de opleiding Pedagogisch Medewerker. Hierover wil ik dan in een later bericht meer over gaan onderzoeken.
De punten die ik heb gemist zijn:
- VVE over het algemeen had ik liever eerder in de opleiding willen hebben, dan pas in de laatste periode
- Hoe ik het beste om kan gaan met kinderen die moeilijk/ bijzonder gedrag vertonen. Hoe VVE hierbij zou kunnen helpen
- Technieken/ verschillende manieren om leiding te nemen over een groep/ mensen aansturen
- Ik zou meer te weten willen komen over het KIJK! programma
- Meer over EHBO bij kinderen zou mij ook erg interessant lijken
Ik ga vandaag wat punten opsommen die ik heb gemist tijdens de opleiding Pedagogisch Medewerker. Hierover wil ik dan in een later bericht meer over gaan onderzoeken.
De punten die ik heb gemist zijn:
- VVE over het algemeen had ik liever eerder in de opleiding willen hebben, dan pas in de laatste periode
- Hoe ik het beste om kan gaan met kinderen die moeilijk/ bijzonder gedrag vertonen. Hoe VVE hierbij zou kunnen helpen
- Technieken/ verschillende manieren om leiding te nemen over een groep/ mensen aansturen
- Ik zou meer te weten willen komen over het KIJK! programma
- Meer over EHBO bij kinderen zou mij ook erg interessant lijken
woensdag 10 mei 2017
Opdracht 2: verwerkingsvragen VVE
Hallo allemaal,
Vandaag komt opdracht 2. Hierin ga ik algemene informatie geven over VVE en wat het allemaal inhoud, door middel van vragen en deze te beantwoorden. Op deze manier hoop ik dat jullie meer te weten komen over VVE in het algemeen. Veel plezier!
1. Wat is voor- en vroegschoolse educatie?
Dit zijn verschillende programma's die erop gericht zijn om ontwikkelingsachterstanden bij kinderen van 2 tot 6 te voorkomen en te verminderen. Hiervoor zijn er verschillende programma's ontwikkeld.
Er zijn 2 programma's op centrum gericht en gezinsgericht. Hier ga ik verder op in bij vraag 5!
2. Voor wie is VVE bedoeld?
- kinderen op een kinderdagverblijf/ peuterspeelzaal/basisschool groep 1/2 (leeftijd 2 tot 6 jaar)
- kinderen die thuis geen Nederlands en ook niet een andere west-europese taal spreken
- voor kinderen van wie de ouders een lage opleiding hebben gehad
- kinderen van wie het consultatiebureau denkt dat ze gevoeliger zijn voor een taalachterstand.
- kinderen in een gezin
VVE is voor ieder kind natuurlijk goed om zich optimaal te kunnen ontwikkelen voor dat het kind naar groep 3 gaat. Maar voor de groepen kinderen die hierboven staan beschreven is VVE erg belangrijk zodat ze zonder een achterstand naar groep 3 gaan.
3. Waar speelt voorschoolse educatie zich af?
De voorschoolse educatie begint op het kinderdagverblijf of op de peuterspeelzaal. Dit zijn de pedagogische voorzieningen die vooral met VVE werken met betrekking op kinderen.
4. Wat wordt er bedoeld met de doorgaande lijn?
Hierbij gaat het om de ononderbroken ontwikkelingsgang van kinderen voor het onderwijs. Bij VVE gaat het dan specifiek om de lijn van voorschoolse educatie, naar vroegschoolse educatie. Het gaat dus om een programma die loopt van het kinderdagverblijf/ peuterspeelzaal naar de basisschool groep 1/2. Via de onderstaande checklist kunnen de verschillende partijen kijken hoe de doorlopende lijn moet lopen en waar er nog verbeteringen zijn:
De Inhoudelijke Doorgaande Lijn:
- er is een doorlopend programma met duidelijke afspraken over taal/ rekenen/ sociale ontwikkeling
- het beginniveau van de kinderen die doorstromen naar de basisschool vanuit een kinderdagverblijf/ peuterspeelzaal is bekend bij de basisschool
- ouders worden actief betrokken bij de programma's zodat ze weten hoe ze hun kind het beste kunnen stimuleren.
- er wordt systematisch geobserveerd en dit wordt geregistreerd
5. Wat word er bedoeld met centrum gerichte en gezinsgerichte programma's?
De gezinsgerichte programma's worden uitgevoerd in het gezin. Dit gaat erom dat ouders het opvoed gedrag verbeteren en dat ze de ontwikkeling van het kind op een positieve manier stimuleren.
Centrum gerichte programma's zijn bedoeld voor de pedagogische voorzieningen. Het doel is om op deze manier de kinderen een betere start te geven voor als ze naar school gaan. Voor de centra is zijn de programma's gericht op: sociaal-emotionele ontwikkeling en taal- en rekenvaardigheden.
6. Leg uit wat het betekend als een VVE programma erkend is
Als een VVE programma erkend is wil dit zeggen dat, een onafhankelijke commissie heeft vastgesteld (op theoretisch niveau) dat het programma werkt.
7. Welke erkende VVE programma's zijn er? (ik heb onderscheid gemaakt tussen gezin en centrum)
centrumgericht:
- Ben ik in beeld (Puk en Co) - peuter- en kleuterplein
- Doe meer met Bas - piramide
- Kaleidoscoop - startblokken
- Uk en Puk
gezinsgericht:
- instapje - voorleesExpress
- opstap - VVE thuis
- opstapje
8. Hoeveel dagdelen moet een kind op een voorschoolse voorziening zijn zodat VVE effect heeft op de ontwikkeling?
Kinderen die voor een VVE groep in aanmerking komen moeten minimaal 4 dagdelen in de week naar de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf. Als de kinderen iedere week minimaal 10 uur komen, heeft het voor een kind ook zin om mee te doen aan een VVE programma.
9. Aan welke kenmerken moet een VVE programma voldoen om er voor te zorgen dat het ook effect heeft?
Het VVE programma moet aan de volgende kenmerken voldoen:
- Het moet geschikt zijn voor jonge kinderen, en moet doorlopen t/m groep 2 van de basisschool
- er moet spraken zijn van een gestructureerde aanpak
- er moet gezorgd worden voor een intensieve begeleiding van de kinderen
- er moet door professionals mee gewerkt worden
- het moet worden aangeboden in een voorschoolse instelling
10. noem 3 pedagogische principes die kenmerkend zijn voor VVE
- ruimte
- veiligheid
- respect
11. Gelauff-Hanzon noemt algemene kenmerken van goede opvang en educatie voor jonge kinderen. Welke kenmerken zijn dit?
- leidsters moeten kennis hebben van de ontwikkeling van jonge kinderen en van de manier waarop jonge kinderen leren
- de kwaliteit van de interacties tussen leidsters en kind moet goed zijn. De leidsters kan een kind verder helpen door vragen te stellen
- de activiteiten moeten aansluiten bij de belevingswereld en de interesse van het kind. Het kind speelt zelf een actieve rol.
- er is aandacht voor brede ontwikkeling
- kinderen worden intensief geobserveerd
- er is een gevarieerde materiële omgeving
12. Wat is het VVE beleid in Nederland?
Sinds 1 augustus 2010 hebben de gemeente in Nederland een wettelijke verplichting om voorschoolse educatie aan te bieden aan jonge kinderen met een ontwikkelingsachterstand.
Er zijn 3 verschillende wetten die hier iets mee te maken hebben:
- De wet Kinderopvang wordt Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
- de Wet op primair onderwijs
- de Wet op onderwijstoezicht
Ook gaat het erover dat het beleid spreekt voor dat de kinderen genoeg ruimte krijgt om zelf dingen te kunnen ontdekken en dat de mensen die met VVE werken ook de stimulering hier voor bieden
13. Leg uit wat de rol is van de gemeenten bij de invoering van VVE?
De gemeente moet met scholen afspraken maken over de resultaten van vroegschoolse educatie. De gemeente moet zelf de definitie bepalen voor wie de doelgroep is van VVE. De gemeente dient de doorgaande lijnen van de voor- naar de vroegschoolse educatie te bepalen. En als laatste is de gemeente verantwoordelijk voor de manier waarop kinderen worden toe geleid naar VVE voorzieningen.
14. Wat is het doel van de OKE wet?
Het doel is de taalontwikkeling van jonge kinderen te stimuleren en de kwaliteit van peuterspeelzalen te verbeteren.
De wet OKE staat voor: Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie
Dit was wat ik voor deze blogpost wilde behandelen. Ik hoop dat jullie nu meer weten over VVE en wat het inhoudt.
Tot de volgende keer bij weer een blogpost over VVE!
Vandaag komt opdracht 2. Hierin ga ik algemene informatie geven over VVE en wat het allemaal inhoud, door middel van vragen en deze te beantwoorden. Op deze manier hoop ik dat jullie meer te weten komen over VVE in het algemeen. Veel plezier!
1. Wat is voor- en vroegschoolse educatie?
Dit zijn verschillende programma's die erop gericht zijn om ontwikkelingsachterstanden bij kinderen van 2 tot 6 te voorkomen en te verminderen. Hiervoor zijn er verschillende programma's ontwikkeld.
Er zijn 2 programma's op centrum gericht en gezinsgericht. Hier ga ik verder op in bij vraag 5!
2. Voor wie is VVE bedoeld?
- kinderen op een kinderdagverblijf/ peuterspeelzaal/basisschool groep 1/2 (leeftijd 2 tot 6 jaar)
- kinderen die thuis geen Nederlands en ook niet een andere west-europese taal spreken
- voor kinderen van wie de ouders een lage opleiding hebben gehad
- kinderen van wie het consultatiebureau denkt dat ze gevoeliger zijn voor een taalachterstand.
- kinderen in een gezin
VVE is voor ieder kind natuurlijk goed om zich optimaal te kunnen ontwikkelen voor dat het kind naar groep 3 gaat. Maar voor de groepen kinderen die hierboven staan beschreven is VVE erg belangrijk zodat ze zonder een achterstand naar groep 3 gaan.
3. Waar speelt voorschoolse educatie zich af?
De voorschoolse educatie begint op het kinderdagverblijf of op de peuterspeelzaal. Dit zijn de pedagogische voorzieningen die vooral met VVE werken met betrekking op kinderen.
4. Wat wordt er bedoeld met de doorgaande lijn?
Hierbij gaat het om de ononderbroken ontwikkelingsgang van kinderen voor het onderwijs. Bij VVE gaat het dan specifiek om de lijn van voorschoolse educatie, naar vroegschoolse educatie. Het gaat dus om een programma die loopt van het kinderdagverblijf/ peuterspeelzaal naar de basisschool groep 1/2. Via de onderstaande checklist kunnen de verschillende partijen kijken hoe de doorlopende lijn moet lopen en waar er nog verbeteringen zijn:
De Inhoudelijke Doorgaande Lijn:
- er is een doorlopend programma met duidelijke afspraken over taal/ rekenen/ sociale ontwikkeling
- het beginniveau van de kinderen die doorstromen naar de basisschool vanuit een kinderdagverblijf/ peuterspeelzaal is bekend bij de basisschool
- ouders worden actief betrokken bij de programma's zodat ze weten hoe ze hun kind het beste kunnen stimuleren.
- er wordt systematisch geobserveerd en dit wordt geregistreerd
5. Wat word er bedoeld met centrum gerichte en gezinsgerichte programma's?
De gezinsgerichte programma's worden uitgevoerd in het gezin. Dit gaat erom dat ouders het opvoed gedrag verbeteren en dat ze de ontwikkeling van het kind op een positieve manier stimuleren.
Centrum gerichte programma's zijn bedoeld voor de pedagogische voorzieningen. Het doel is om op deze manier de kinderen een betere start te geven voor als ze naar school gaan. Voor de centra is zijn de programma's gericht op: sociaal-emotionele ontwikkeling en taal- en rekenvaardigheden.
6. Leg uit wat het betekend als een VVE programma erkend is
Als een VVE programma erkend is wil dit zeggen dat, een onafhankelijke commissie heeft vastgesteld (op theoretisch niveau) dat het programma werkt.
7. Welke erkende VVE programma's zijn er? (ik heb onderscheid gemaakt tussen gezin en centrum)
centrumgericht:
- Ben ik in beeld (Puk en Co) - peuter- en kleuterplein
- Doe meer met Bas - piramide
- Kaleidoscoop - startblokken
- Uk en Puk
gezinsgericht:
- instapje - voorleesExpress
- opstap - VVE thuis
- opstapje
8. Hoeveel dagdelen moet een kind op een voorschoolse voorziening zijn zodat VVE effect heeft op de ontwikkeling?
Kinderen die voor een VVE groep in aanmerking komen moeten minimaal 4 dagdelen in de week naar de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf. Als de kinderen iedere week minimaal 10 uur komen, heeft het voor een kind ook zin om mee te doen aan een VVE programma.
9. Aan welke kenmerken moet een VVE programma voldoen om er voor te zorgen dat het ook effect heeft?
Het VVE programma moet aan de volgende kenmerken voldoen:
- Het moet geschikt zijn voor jonge kinderen, en moet doorlopen t/m groep 2 van de basisschool
- er moet spraken zijn van een gestructureerde aanpak
- er moet gezorgd worden voor een intensieve begeleiding van de kinderen
- er moet door professionals mee gewerkt worden
- het moet worden aangeboden in een voorschoolse instelling
10. noem 3 pedagogische principes die kenmerkend zijn voor VVE
- ruimte
- veiligheid
- respect
11. Gelauff-Hanzon noemt algemene kenmerken van goede opvang en educatie voor jonge kinderen. Welke kenmerken zijn dit?
- leidsters moeten kennis hebben van de ontwikkeling van jonge kinderen en van de manier waarop jonge kinderen leren
- de kwaliteit van de interacties tussen leidsters en kind moet goed zijn. De leidsters kan een kind verder helpen door vragen te stellen
- de activiteiten moeten aansluiten bij de belevingswereld en de interesse van het kind. Het kind speelt zelf een actieve rol.
- er is aandacht voor brede ontwikkeling
- kinderen worden intensief geobserveerd
- er is een gevarieerde materiële omgeving
12. Wat is het VVE beleid in Nederland?
Sinds 1 augustus 2010 hebben de gemeente in Nederland een wettelijke verplichting om voorschoolse educatie aan te bieden aan jonge kinderen met een ontwikkelingsachterstand.
Er zijn 3 verschillende wetten die hier iets mee te maken hebben:
- De wet Kinderopvang wordt Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
- de Wet op primair onderwijs
- de Wet op onderwijstoezicht
Ook gaat het erover dat het beleid spreekt voor dat de kinderen genoeg ruimte krijgt om zelf dingen te kunnen ontdekken en dat de mensen die met VVE werken ook de stimulering hier voor bieden
13. Leg uit wat de rol is van de gemeenten bij de invoering van VVE?
De gemeente moet met scholen afspraken maken over de resultaten van vroegschoolse educatie. De gemeente moet zelf de definitie bepalen voor wie de doelgroep is van VVE. De gemeente dient de doorgaande lijnen van de voor- naar de vroegschoolse educatie te bepalen. En als laatste is de gemeente verantwoordelijk voor de manier waarop kinderen worden toe geleid naar VVE voorzieningen.
14. Wat is het doel van de OKE wet?
Het doel is de taalontwikkeling van jonge kinderen te stimuleren en de kwaliteit van peuterspeelzalen te verbeteren.
De wet OKE staat voor: Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie
Dit was wat ik voor deze blogpost wilde behandelen. Ik hoop dat jullie nu meer weten over VVE en wat het inhoudt.
Tot de volgende keer bij weer een blogpost over VVE!
Opdracht 1: voorstel bericht
Hallo,
Ik ben Laura Dekkers ik ben 19 jaar. Ik zit in het 2e jaar van de opleiding Pedagogisch Medewerker niveau 4. Ik volg deze opleiding op ROC de Leijgraaf in Oss. Ik heb in het eerste jaar van deze opleiding stage gelopen bij een kleinschalige Kinderopvang en BSO. Deze was gevestigd in Oss. Ik heb hier 10 weken stage gelopen. Op de dagen woensdag, donderdag en vrijdag. Op maandag en dinsdag ging ik naar school voor theorie die ik in de praktijk op stage kon toepassen.
In het 2e jaar ben ik meteen vanaf het begin gaan stage lopen bij de schaepskooi in Oss. Ik loop hier stage op de peutergroep de Spetters met de leeftijd 1,5 tot 4. Ik loop stage op de dagen maandag en dinsdag. Op woensdag, donderdag en vrijdag heb ik school.
Deze opleiding duurt nog tot zomer 2018. Hierna volg ik deze opleiding dus nog 1 jaar. Daarna ben ik nog van plan om verder te gaan studeren op het HBO. Ik wil dan nog steeds iets gaan doen in de richting van kinderen/pedagogisch werk. Ik zit nu te denken aan de opleidingen op het HBO: PABO en Pedagogisch Management kinderdagverblijf.
In mijn blog staat VVE centraal. Hier wil ik meer over weten en dit wil ik graag delen. Er zullen verschillende berichten komen die met VVE te maken hebben. Dit op allerlei verschillende manieren: algemene informatie, praktijk onderzoek, artikel, feedback.
Zelf ben ik hier heel enthousiast over en dit hoop ik allemaal over te kunnen brengen op jullie!
Mijn doel is dat jullie meer leren over VVE en wat dit allemaal inhoud. En dat jullie dit kunnen gebruiken in de praktijk.
Ik ben Laura Dekkers ik ben 19 jaar. Ik zit in het 2e jaar van de opleiding Pedagogisch Medewerker niveau 4. Ik volg deze opleiding op ROC de Leijgraaf in Oss. Ik heb in het eerste jaar van deze opleiding stage gelopen bij een kleinschalige Kinderopvang en BSO. Deze was gevestigd in Oss. Ik heb hier 10 weken stage gelopen. Op de dagen woensdag, donderdag en vrijdag. Op maandag en dinsdag ging ik naar school voor theorie die ik in de praktijk op stage kon toepassen.
In het 2e jaar ben ik meteen vanaf het begin gaan stage lopen bij de schaepskooi in Oss. Ik loop hier stage op de peutergroep de Spetters met de leeftijd 1,5 tot 4. Ik loop stage op de dagen maandag en dinsdag. Op woensdag, donderdag en vrijdag heb ik school.
Deze opleiding duurt nog tot zomer 2018. Hierna volg ik deze opleiding dus nog 1 jaar. Daarna ben ik nog van plan om verder te gaan studeren op het HBO. Ik wil dan nog steeds iets gaan doen in de richting van kinderen/pedagogisch werk. Ik zit nu te denken aan de opleidingen op het HBO: PABO en Pedagogisch Management kinderdagverblijf.
In mijn blog staat VVE centraal. Hier wil ik meer over weten en dit wil ik graag delen. Er zullen verschillende berichten komen die met VVE te maken hebben. Dit op allerlei verschillende manieren: algemene informatie, praktijk onderzoek, artikel, feedback.
Zelf ben ik hier heel enthousiast over en dit hoop ik allemaal over te kunnen brengen op jullie!
Mijn doel is dat jullie meer leren over VVE en wat dit allemaal inhoud. En dat jullie dit kunnen gebruiken in de praktijk.
Abonneren op:
Posts (Atom)